In fysieke zin bestaat kleur eigenlijk niet, er zijn alleen lichtgolven met verschillende golflengtes. Het menselijk oog kan deze golflengtes onderscheiden, waardoor wij de wereld in kleur zien. Lichtstralen trillen met verschillende snelheden. De gewaarwording van kleur, die in onze hersenen plaatsvindt, is het resultaat van de reactie van ons zicht op deze verschillende golflengtes. Gezamenlijk worden de verschillende stralen die onze ogen kunnen onderscheiden het zichtbare spectrum genoemd. Dit relatief smalle bereik van kleuren omvat rood, oranje, geel, groen, blauw, blauw-violet (door wetenschappers indigo genoemd) en violet.

Kleur is in design van groot belang. Het helpt om stemming over te brengen, aandacht te trekken en te communiceren zonder woorden. Ontwerpers moeten rekening houden met hoe kleuren zich gedragen op verschillende media, hoe ze de leesbaarheid beïnvloeden en welk gevoel ze oproepen. Inzicht in begrippen als tint (hue), toon (waarde), verzadiging en temperatuur draagt bij aan effectievere en betekenisvollere ontwerpen.