Cursusinhoud
Matlab Basis
Matlab Basis
Modulair Programmeren
Modulair programmeren verhoogt de rekenefficiëntie en maakt het mogelijk om nuttige programma's die je hebt geschreven te combineren, aanpassen en hergebruiken. Leer hoe je modulaire programma's schrijft met behulp van functies in Matlab om tijd te besparen en de prestaties van je programma's te verbeteren.
In Matlab zijn in oranje gemarkeerde items verplicht voor functiedeclaraties. Het function
-trefwoord wordt gebruikt om een functie te definiëren, waarbij de uitvoer-variabelen tussen rechte haken staan, gevolgd door een is-teken. Invoer-variabelen worden tussen haakjes direct na de functienaam geplaatst. Items in blauw moeten door de gebruiker worden ingevuld, waaronder een komma-gescheiden lijst van uitvoervariabelen, een komma-gescheiden lijst van invoervariabelen en de functienaam, die aan dezelfde naamgevingsconventies als variabelen moet voldoen.
De in grijs weergegeven punten zijn uitsluitend bedoeld voor de opmaak, zodat de code er visueel netter uitziet. Matlab staat geen spaties of regeleinden toe tussen elementen, dus punten kunnen dienen als verbindingsmarkering om de code gelijkmatiger over regels te verdelen. Deze aanpak is vooral handig wanneer de lijsten met invoer- en uitvoervariabelen lang zijn, zodat de code niet te dicht op elkaar komt te staan.
Bovendien kunnen functies zonder uitvoervariabelen zowel de rechte haken als het is-teken weglaten, terwijl functies zonder invoervariabelen de haakjes kunnen weglaten. Als een functie geen invoer- of uitvoervariabelen heeft, kunnen beide volledig worden weggelaten, zoals getoond in het fragment.
Opdracht
Modulariseer het programma dat je hebt geschreven voor de opdracht in Hoofdstuk 4;
Laat één programma de locatie van het Excel-bestand op je computer weergeven;
Laat een ander programma de gegevens importeren;
Laat een ander programma de berekeningen uitvoeren;
Laat een ander programma de gegevens exporteren naar Excel;
Laat een ander programma al deze afzonderlijke programma's uitvoeren, zonder invoer- of uitvoervariabelen, en controleer of het werkt door je Excel-bestandsresultaten te vergelijken met je oorspronkelijke programma uit Hoofdstuk 4.
Bedankt voor je feedback!